Kleurenleer
dit is een cadeautje geschreven door Merel van Looi, aan het einde van het thema KLEUR. Hier kun je nog een hele zomer (of nog veel langer) mee vooruit!
Deze titel schrikt veel mensen al af, terwijl het natuurlijk alleen maar is bedoeld om je te helpen kiezen. Als je er (soms) moeite mee hebt. Als je steeds in dezelfde combinaties werkt en ook wel eens wat anders wilt. Als je onzeker bent, wilt weten waarom iets werkt, of juist niet.
Als je ‘op gevoel’ eigenlijk altijd goed zit, dan hoef je de kleurenleer niet te volgen, er wordt zelfs beweerd dat je de theorie dan beter niet kunt leren. Zelf vind ik het zo nu en dan leuk om eens een combinatie te ontdekken waar ik zelf nooit op was gekomen. Of om achteraf eens uit te vogelen of een bepaalde combinatie in één van de ‘regeltjes’ past.
Een aantal jaren geleden schreef ik een serie patronen voor kleine probeer-maat quiltjes. Vroegâh leerden de meisjes verschillende handwerken door dingen voor hun pop te maken, vandaar dat dit soort quiltjes ook wel Dollyquilts worden genoemd. Omdat mijn katten altijd direct op mijn quilts (in progress) gingen zitten noemde ik ze om naar Catquilts, precies een mooi maatje voor een kattenbips (of languit). In deze serie laat ik zien welke combinaties mogelijk zijn. Ik begin met veel kleuren en werk langzaam naar minder toe, daarna bouw ik op een andere manier weer uit. Doe je mee? De patronen zijn voor leden te vinden op de ledenpagina. (tadaaaaaa!!!)
Aan de hand van deze serie patronen wil ik jullie een aantal kleur combinaties laten zien en waarom dat dan werkt.
1. Regenboog
In dit vlindertjes-quiltje is gebruik gemaakt van de hele regenboog aan kleurtjes. De regenboog (of ons hele zichtbare spectrum aan kleuren) bestaat natuurlijk niet uit slechts 7 kleuren, dat is maar een arbitraire keuze die ooit door een wetenschapper is gemaakt om de kleuren in vakjes te verdelen. Je zult verderop zien dat een handige verdeling in 12 ‘vakjes’ veel logischer is.
Maar alle kleuren dus, wow, dat kan best een kakofonie worden, daarom is het bij gebruik van veel kleuren samen handig om de donkerte waarde gelijkwaardig te houden. Kies of allemaal verzadigde kleuren, of alle pastel, donker enz. En een neutrale achtergrond geeft ook rust aan het geheel. Dat kan een grijstint zijn, of een hele donkere kleur, zwart, bruin of crème, wit.
2. Thema
Om meteen het ‘rijtje’ vaste keuzes van de kleurenleer te doorbreken vond ik het bij het tweede quiltje leuk om een ander ‘handvat’ voor het bepalen van een kleurcombinatie te laten zien. Het onderwerp van dit quiltje laat ik terugkomen in het kleurgebruik. Je ziet Amsterdamse grachtenpandjes. Uitgevoerd in een paar ‘werkelijke’ kleuren, het donkerbruin en grijs van de bakstenen gevels die met lagen lijnzaadolie werden waterdicht gemaakt. Hoe meer lagen, hoe donkerder de kleur. De tulpjes in de ‘bloembakken’. Maar ook het Delftsblauwe pandje (KLM huisje) en het huisje in typische ‘boerenzakdoek’ vallen niet uit de toon, omdat deze gekkigheid herkenbaar bij Amsterdam/Holland hoort. Daarnaast is op deze manier subtiel de Hollandse driekleur in de quilt terecht gekomen, ook iets wat we onderbewust meteen met Nederland associëren. Ik heb zelfs een (gestolen?) fiets gequilt. Allemaal puur Hollandse kenmerken, ik wil wedden dat er een boterham met kaas achter die ramen op tafel staat.
3. Warm en Koel
Bij het derde quiltje mag je je Kaffe Fassett stofjes gaan versnipperen. Snijd ze maar random in blokjes van 2,5inch of als je in centimeters werkt (naad 7,5mm) in blokjes van 6,5 cm.
Doordat het allemaal stofjes van één zeer in het oog springende ontwerper zijn, kan je daaraan al zien dat ze ‘altijd’ bij elkaar zullen werken. Maar het wordt wel bont. Daarom is het splitsen in koud en warm, dit sorteren binnen je quilt ontwerp een mooie manier om die kakofonie een beetje te temmen.
4. De vierklank
Daar komt de kleurencirkel voorzichtig in beeld, nou ja voorzichtig. Dit is misschien wel de moeilijkste combinatie. Maar daarom wel een hele mooie. De harmonieuze vierklank, alleen de naam al. We kiezen er voor om een kleurencirkel te gebruiken die in 12 vakken is verdeeld.
Deze verdeling komt uit de wereld van het mengen van kleuren, iets wat quilters niet meer hoeven te doen, de stofjes liggen al klaar! Maar toch is de kennis van het mengen wel handig.
Omdat er drie kleuren zijn die niet door menging verkregen kunnen worden noemen we die primaire kleuren. Dit zijn rood/geel/blauw. We plaatsen deze op de cirkel op gelijke afstand van elkaar. Nu mengen we twee van deze kleuren in gelijke hoeveelheid, daaruit ontstaan de secundaire kleuren: oranje/groen/paars. Deze plaatsen we midden tussen hun ‘ouders’ in, maar laat er nog een vakje ruimte tussen 😉
Als we nu nogmaals de buren van alle overgebleven vakjes mengen krijgen we de tertiaire kleuren: oranjerood/oranjegeel/limegroen/turquoise/blauwpaars/roodpaars. N.B. Aan het eind van deze tekst vind je een kleurencirkel die je zelf kan maken!
Dit is de simpelste uitvoering, je kan immers de cirkel in steeds kleinere partjes verdelen en steeds de vakjes inkleuren met een gelijke menging van de ”ouders’….
Terug naar de vierklank. We hebben bovenstaande indeling nodig om binnen die cirkel een vierkant te kunnen maken. Hoe je hem ook in de cirkel legt (draai hem maar eens), de vier punten wijzen naar de vier kleuren die mooi bij elkaar passen. Omdat het hier nog steeds gaat om relatief veel kleuren, is het ook in deze combi van belang om kleuren in gelijkwaardige sterkte te kiezen, dus niet een pastel geel bij een donkerpaars.
In dit quiltje is gekozen voor een rustgevende witte achtergrond. Maar je zal zien dat de gekozen neutrale achtergronden eigenlijk uitwisselbaar zijn. Leg je gekozen stofjes maar eens op zwart in plaats van wit, of een van de andere genoemde achtergrondkeuzes. Ennuh, soms is er niet eens sprake van een achtergrond.
5. De drieklank
Je kunt het misschien al raden, op de harmonieuze vierklank volgt natuurlijk de harmonieuze drieklank! Eigenlijk hetzelfde verhaal als de vierklank, alleen gebruiken we nu een driehoek om onze kleuren in de cirkel te bepalen. Opvallend in deze combinatie is dat dit de primaire kleuren in een combinatie plaatst. Iets wat we veel om ons heen zullen herkennen. Heel veel kinderspeelgoed bijvoorbeeld wordt in deze ‘makkelijk herkenbare’ combi gemaakt. Draaien we een stukje dan zien we dat ook de secundaire kleuren samen een combi vormen. Een wat meer uitdagende set om mee te werken. In het quiltje heb ik gekozen om een van de tertiare combinaties te gebruiken. Het gebruik van tertiaire kleuren, in welke combinatie dan ook, is vaak een wat subtielere ‘chiquere’ combinatie.
6. Low Volume
Even een uitstapje weg van het kleurenwiel met de door Moderne Quilters zo geliefde ‘Low Volume’ stoffen. Stoffen met weinig kleur, veelkleurig, maar dun gezaaide veelal kleine printjes of minder veelkleurig, tot zelfs achtergrond met slechts één kleur, het kan allemaal. Als ze maar ‘licht’ lezen. Van een afstandje wit (of crème). Maar zelfs in een quiltje (zoals dit) waarin alléén low volumes is gebruikt, kun je met de subtiele verschillen toch een patroon maken. Het contrast is minimaal, maar als je even wat beter kijkt komt het patchpatroon tevoorschijn. Dit kun je natuurlijk weer versterken door met het quiltwerk de verschillende delen apart te zetten.
7. Monochroom
Nu een heel ander gebruik van het kleurenwiel. Als we ons die verdeling rondom nog eens voor de geest halen en we gaan wéér mengen. Maar nu met zwart en wit. Dan krijgen we binnen één segment verschillende waarden van ‘dezelfde kleur’ deze waarden worden soms tonen en tinten genoemd, maar die termen worden ook vaak oneigenlijk gebruikt, dus ik houd het op waarden en donkerte. In het Engels zul je hues, tones en tints tegenkomen voor deze aanduidingen. Waarbij de tonen de vermenging met steeds meer zwart (steeds donkerder dus) aangeeft en de tinten de vermenging met wit (steeds lichter dus).
Er is ook nog een zijtak met vermenging met grijs, de vergrijsde kleuren, daarvoor zou je eigenlijk een apart kleurenwiel moeten samenstellen. Deze gemengde kleuren combineren niet (makkelijk) met de helderdere kleuren van het kleurenwiel met wit/zwart mengingen. Het is daarom belangrijk om de vergrijsde kleuren/stoffen goed te herkennen ten opzichte van de frissere kleuren van het eerst genoemde wiel.
Monochroom is dus een combinatie van één smal strookje uit de kleurencirkel, maar wel veel verschillende waarden. Probeer je kleurencirkel segment zo krap mogelijk te houden, voor een sterk effect. Dat hóeft natuurlijk niet, maar die combinatie noemen we anders, namelijk:
8. Analoog
Bij het combineren van kleuren die aan elkaar grenzen in de kleurencirkel kan je van 3 tot 5 delen van de in 12 parten verdeelde cirkel gaan kiezen. Dit zijn natuurlijk niet echt parten, je kunt de cirkel geheel in elkaar over laten lopen als je maar genoeg vakjes maakt.
Deze combinatie wordt ook wel ’tone sur tone’ genoemd op z’n Frans. Gebruik gerust wat verschillende donkerte waarden door elkaar, omdat ze op het wiel al vriendjes zijn wordt het vanzelf een gezellig zooitje.
9. Achromatisch gecombineerd met Complementair
In dit quiltje zijn twee kleurensets gebruikt. Voor de achtergrond koos ik Achromatisch, dus geheel kleurloos, het zwart moet echt zwart zijn, en het wit moet vooral niet romig worden. Als je strikt bent. Room is toch wat zachter dan knalwit en knalwit is ook niet altijd te vinden in stoffen. Maar als je verschillende achromatische stoffen gaat combineren, kijk dan of vooral de witten bij elkaar in de buurt liggen.
In dit geval koos ik 4 zwart/witjes in oplopende donkerte. Omdat deze ‘kleuren’combinatie wat kaal is, gebruikte ik hem als achtergrond. Het is ook leuk om deze combi te pimpen met één (felle) kleur. Vaak wordt rood of knalroze gebruikt, maar denk ook eens aan lime of turquoise, eigenlijk kan alles, het contrast is er altijd.
Complementaire kleuren liggen precies tegenover elkaar op de kleurencirkel.
Het onderwerp op dit quiltje is een mooi voorbeeld van de natuur die ons kant en klare kleurencombinaties voorschotelt. Een rode bloem met groene blaadjes. Een combi die in een andere setting ineens aan Kerst doet denken. Dezelfde combinatiemogelijkheid (complementaire kleuren) worden met Pasen ook ingezet, maar dan met geel en paars. Deze traditionele gebruiken maken dat we erg gewend zijn om de kleurencombinaties meteen aan de gebeurtenis te linken. Maak maar eens een rood/groene quilt zónder Kerst thema. Je zult zien dat je die moeiteloos met Kerst kunt gebruiken en vaak zelfs niet kan óntkersten (hahaha, dat is natuurlijk geen woord).
In de reeks zou je deze de harmonieuze tweeklank kunnen noemen, maar ja slechts twee toontjes, dus complementair is beter.
Deze combinatie werkt zowel goed als je gelijkwaardige kleuren gebruikt, als met verschillen in licht/donker, maar dan zul je zien dat een van de twee heel erg gaat overheersen. Dat kan je dus tactisch inzetten. Deze combinaties komen vaak wel hard of aandacht trekkerig over, voor een iets subtieler geheel kun je kiezen voor de volgende:
10. (half) Split Complementair
Sterk verwant aan de complementaire combinatie is deze split complementair. Je kiest aan een kant niet de juist tegenoverliggende kleur, maar diens buren. En je kan dan kiezen voor beide óf één van de twee. Net als bij de tertiare kleuren is deze combinatie weer wat subtieler dan z’n ‘in your face’ broertje.
11. Dubbel Split Complementair
Wat je aan een kant van de combinatie van uitersten (complementair) kan doen, kan je natuurlijk ook aan beide kanten doen. Er komt hiermee een set van 4 kleuren aan bod, die bestaat uit twee setjes van twee complementaire kleuren.
Een enorme variatie dus. Maar je kunt nog verder gaan. Kies aan de ene kant een analoge set (neem niet een te breed stuk van de cirkel) gecombineerd met de tegenoverliggende kleur van het midden van je analoge set…..
12. Kleurencirkel
Om je ontdekkingsreis in de kleuren mooi af te ronden is daar dan een eenvoudig kleurenwiel gemaakt in stof. Eenvoudig, omdat alleen de verzadigde kleuren zijn gebruikt. Je zou er ook nog één in pastel/donker en vergrijsd kunnen maken. En waarom niet, als het je helpt. In het patroon vind je ook een set met vormen, die de voorbesproken combinaties aanwijst. Zodat je jezelf eens kunt verrassen met een combinatie die ‘helemaal niet bij jou past’. Maar dat is toch ook wel eens leuk? Zo maak je eens iets voor een vriendin met een hele andere smaak, of leer je om buiten je eigen comfortzone te werken. Zélfs ik heb een (paar) keer iets in bruin gemaakt 😉