Quiltboek van het kwartaal: Low Volume / Appliqué

geschreven door Inghelhoe

De deelnemers aan de workshops van de laatste #DutchMQGgettogether in Amsterdam gaan dingen herkennen in dit stuk. Ik had geen boek wat expliciet over Low Volume-stofgebruik ging, maar wel 1 over appliqueren. Het boek is al wat ouder en als e-book in ieder geval nog te verkrijgen. 

Eerst een kleine anekdote over hoe het boek in mijn kast terecht kwam. Rond de tijd dat dit boek uitkwam 2014 hadden we in Breda nog een International Magazine Store (IMS), waar naast heel veel verschillende tijdschriften ook Amerikaanse ‘craft’boeken werden verkocht. Ik ontdekte eind 2012 het quilten en volgde een Craftsy Block of the Month-cursus met per blok een verschillende techniek. Daar zat ook 1 applicatieblok bij, de Dresden Plate. Na 1 had ik genoeg van deze techniek. In de jaren daarna kwam de techniek vaker voorbij, maar ik had niet de behoefte om me daar nog echt in te verdiepen. Op een dag liep ik de IMS weer eens binnen en zag dit boek staan. De voorkant vond ik heel mooi, terwijl ik niet van rood/geel/oranje/zwart hou. Ik liet het staan, maar na het volgende bezoek kocht ik het en gebruikte door de jaren heen vooral hoofdstuk 2: raw-edge appliqué. 

The quilter’s appliqué workshop, Timeless techniques for modern designs – Kevin Kosbab

Deze softcover komt met patroonvellen voor de 12 beschreven projecten. De schrijver Kevin Kosbab heeft een Instagramaccount (@feeddogkevin, wat ik een erg gave naam vind), maar is daar sinds 2019 niet meer actief. 

Opbouw van het boek

Na een korte inleiding, waarover zo meer, volgen 4 hoofdstukken. Elk hoofdstuk heeft 4 projecten, voornamelijk quilts, maar ook een tafelloper en kussens. Ik las op de achterkant van het boek dat Kosbab ook heeft meegewerkt aan de DVD Secrets of home Décor Sewing, misschien daarom geen etuis/tassen/mapjes/speldenkussen in dit boek.

De inleiding vraagt de lezer om appliqueren een kans te geven en bespreekt de vooroordelen. Hoe herkenbaar voor mij… te moeilijk, duurt te lang, ik heb daar het geduld niet voor, te veel gedoe, ik hou niet van naaien met de hand en geprobeerd, maar het resultaat was me te slordig.  Ik zou ze allemaal, op de laatste na misschien, noemen. Hij weerlegt of nuanceert de vooroordelen, dat je niet ALLE technieken hoeft te doen, en dat echt niet alles met de hand is gedaan. Dus kies iets wat bij jou past, misschien niet een bedquilt, maar een kussen. Dus door naar hoofdstuk 1 Basics, waar je leest dat technieken uitwisselbaar zijn, dat je kan improviseren, en welke materialen je daarvoor nodig bent. Door het hele boek vind je kleine uitgelichte tekstjes met tips en verdieping op het algehele verhaal. De diverse garens en naaigerei worden toegelicht en verduidelijkt met heldere foto’s, waaronder ook naaivoetjes. Ik moest erg lachen om een stukje over de Quiltpolitie. Volgens Kosbab kent elke quilttak zijn eigen zelfbenoemde autoriteiten, die hun eigen versie hebben van ‘the Right Way to Do Things’, maar binnen appliqué schijnt die quiltpolitie extreem groot te zijn… dus dat betekent dat ongeacht welke techniek en uitvoering je kiest, er zal altijd iemand van de quiltpolitie denken dat jouw werk verkeerd is… En dan het belangrijkste: trek je daar ajb NIETS van aan, heb plezier! 

Vervolgens worden in de volgende hoofdstukken de 3 verschillende technieken besproken, gevolgd door 4 projecten met die specifieke techniek. De 3 technieken zijn Raw-edge appliqué, Prepared-edge appliqué en Needle-turn appliqué. Per techniek wordt beschreven waarom je juist daarvoor zou kunnen kiezen en welk gereedschap je ervoor gebruikt. Duidelijke diagrammen en foto’s laten zien hoe de techniek toegepast kan worden. De projecten zijn complete patronen, waarbij duidelijk vermeld staat hoeveel stof je nodig bent en welk gereedschap. Ondanks dat het boek al van 2014 is, vind ik de projecten modern en ook van deze tijd. 

Mijn ervaring 

Zoals gezegd, ik gebruikte vooral hoofdstuk 2 Raw-edge appliqué in combinatie met Vliesofix/Bondaweb en naaimachine. Het boek stimuleerde me om verschillende afwerkingen te gebruiken: een festonsteek (Blanket stitch), zigzag, satijnsteek of een gewone rechte steek. Mijn applicatieprojecten zijn meestal klein, dat wil zeggen dat ik de techniek gebruik voor een kussen, mugrug, tas, etui, etc. Ik verwacht dat ik hoofdstuk 3 en 4 ook nog wel eens zal openslaan, mijn vooroordelen zijn minder groot dan toen ik net begon en het project op de kaft met die ‘ronde’ vierkantjes spreekt me nog steeds aan, wie weet waar dat nog toe leidt…

Kevin Kosbab – The quilter’s appliqué workshop – ISBN 978-1-59668-861-2 – 144 blz – Engelstalig

Quiltboek van het kwartaal: Mini & Maxi

geschreven door Ingrid (@inghelhoe)

Op zoek naar patronen van blokken voor mijn Round Robin Zuid partners, kwam ik een boek tegen, waarvan ik vergeten was, dat ik het in mijn bezit had. En wat blijkt… het past heel goed bij het thema van dit kwartaal. Het is één van de weinige boeken in het Nederlands in mijn persoonlijke quilt- en naaibieb. Toen ik in 2012 het (modern) quilten op internet zag, vond ik dit boek bij een plaatselijke boekhandel. Zo blij dat er ook eens wat in het Nederlands was uitgegeven, om vervolgens te ontdekken dat het niet helemaal naar mijn smaak is. Maar met de ogen van nu, kijk ik daar iets genuanceerder tegenaan. Destijds was het geen handig boek voor een starter met een zeer beperkte stofverzameling. De schrijfster werkt namelijk het liefst met heel veel verschillende stofjes of scraps. En ja, ik ben ook een groot scrapliefhebber. De Engelstalige versie heet dan ook Quilting from Little Things….

Quilten met Sarah Fielke

Het boek, een soft cover met patroonvellen, verscheen in 2012 bij Veltman Uitgevers. Sarah Fielke is vast voor velen een bekende quiltster. Ze heeft meerdere boeken (12!) geschreven, blogt regelmatig op haar site ‘thelastpiece.net’ en heeft ook verschillende quiltstoflijnen voor Windham Fabrics ontworpen. Kortom, een veelzijdige dame uit Australië.

Opbouw van het boek

Sarah Fielke beschrijft 10 projecten in het boek, maar dat zijn er eigenlijk 20, want daar komt het Mini & Maxi -thema om de hoek kijken. Elk project heeft een mini versie om het patroon of de beschreven techniek uit te proberen, of te oefenen, op een miniquilt, die kunt gebruiken als tafelloper of kussen. Als het dan bevalt, kan je met hetzelfde patroon of met dezelfde techniek een grote quilt maken.

Sarah Fielke geeft in de introductie aan dat haar stoffenvoorraad altijd het uitgangspunt is voor een ontwerp. Ze raadt de lezer dan ook aan een grote voorraad stoffen aan te leggen: koop wat je mooi vindt, waar je blij van wordt en niet alleen voor een bepaald doel. Kijk… alsof ze het over mij had…. Voor je kunt beginnen, wordt uitgelegd hoe je stoffen kiest en hoe je het boek daarbij kunt gebruiken. Elk project heeft 1 of meerdere sterren, waarmee de moeilijkheidsgraad wordt aangegeven. De vermelde maten zijn in cm’s en in inches. Ik zou de voorkeur geven aan die inches, want in de centimeters zit altijd een omreken/afrondingsmarge, waardoor de blokken soms net niet passen. 

Kleurrijke foto’s en mooie illustraties laten duidelijk zien wat de bedoeling is van het project. Er staan  ook handige tips naast de instructie. De technieken/patronen zijn veelzijdig: blokken à la 9-patch, flying geese, y-seams, appliqueren, wigvormen naaien, etc. Misschien was het handig geweest als ik dit boek destijds goed had gelezen, dan wist ik nu de Nederlandse termen voor deze zaken. Y-seams heet getrapt patchwork, binding is bies of boordsel, quilten is doorpitten… er gaat een wereld voor mij open…

Het boek sluit af met Basistechnieken, waarin uitgelegd hoe je van de top een mooie quilt maakt. Je ziet dat Fielke liefhebster is van handquilten. Ook is er een handige woordenlijst, die diverse vaktermen beschrijft, en met foto’s en tekst wordt helder beschreven hoe je bijv. borders maakt.

 

Mijn ervaring 

Zoals vermeld, ik heb nog niets uit het boek gemaakt. Destijds was mijn stoffenverzameling te beperkt, en ik denk dat ik ook schrok van het naaien met de hand en het appliqueren, wat in een paar projecten wordt toegepast. Volgend jaar weten we of ik technieken/blokken heb gebruikt voor de Round Robin Zuid. Het project Avondtuin spreekt me enorm aan, misschien omdat het een  prachtig blauwe scrappy achtergrondkleur heeft, maar het kunnen ook de fleurige tulpen met y-seams zijn… Wie weet, als mijn sewjo weer helemaal terug is…

 

Quilten met Sarah Fielke – ISBN 978-90-483-0494-3 – 216 blz – Nederlandstalig 

 

Boek van het kwartaal: SCRAPS

geschreven door Ingelhoe

In de laatste maand van dit kwartaal, waarin de scraps centraal staan, kijk ik met dit boek ook al een beetje vooruit naar het volgende thema MINI & MAXI. Ik ben een groot fan van scraps, ik maak zo graag iets met wat er over is gebleven van een grote(re) quilt, dat ik er vaak al bij het snijden van het grote project rekening mee hou. In mijn grote quilts gebruik ik vaak ook scraps, meestal de wat grotere stukken, Fat Eight of iets meer. Ik heb de afgelopen jaren met veel plezier een paar quilts uit het Britse tijdschrift Love Patchwork & Quilting gemaakt. Sommige quiltontwerpers leveren regelmatig een bijdrage en een daarvan is Nicole Calver uit Canada. Sommigen van jullie kennen haar misschien van Instagram als @snipssnippets. Haar ontwerpen spreken mij aan, ze zijn Modern Traditional en meestal zie ik meteen een mogelijkheid om het scrappy te maken.

Playing with Patchwork & Sewing – Nicole Calver

In 2020 verscheen dit praktische boek bij Stashbooks. Op de voorkant wordt gelijk duidelijk wat je kan verwachten: 6 blokken in 3 groottes, 18 projecten en technieken, die je naaivaardigheid aanspreken of zelfs vergroten.

Opbouw van het boek

Zoals vermeld is er aandacht voor zes min of meer traditionele quiltblokken, er zijn dus ook 6 hoofdstukken. Aan het begin van elk hoofdstuk vind je eerst de uitleg hoe je het blok maakt. Mooie, duidelijke foto’s begeleiden de tekst. Daarna volgen de drie projecten gemaakt met dat blok: Mega, Medium en Micro.

Denk bij Mega aan quilt, deurmat of tafelloper, bij Medium aan notitieboekomslag of etui,  en bij Micro aan speldenkussen, bestek omslag of slaapmasker. Enkele projecten in het boek zijn ook met scraps gemaakt, zoals een picknick-tas. Andere projecten kun je zelf heel makkelijk een scrappy uitvoering geven, zeker de Micro’s. Bij elk project staat aangegeven of het geschikt is voor een beginner of gevorderde maker of ertussenin. Dit is natuurlijk altijd een lastige, want wat maakt je nou gevorderd. Ik vind het daarom handig dat er per project een lijstje is bijgevoegd met de technieken, die je nodig hebt bij het maken van dat project. De benoemde technieken zijn bijvoorbeeld: afgeronde hoeken aan een quilt, bias binding gebruiken, een rits innaaien, strip sets naaien, halfsquare triangles gebruiken, etc. Zoals je ziet, van alles wat en echt van heel eenvoudig naar wat meer uitdaging.

De meeste technieken worden achterin het boek uitgelegd aan de hand van instructietekeningen en diagrammen. Je vindt er ook een lijstje met veelgebruikte termen en wat deze betekenen. Hierna is er nog een hoofdstuk gewijd aan naaigerei en andere gereedschappen, die Nicole zelf onmisbaar vindt bij het maken van de beschreven projecten. Ik lees graag wat iemand gebruikt en wanneer het één de voorkeur heeft boven het ander. Het geeft mij een idee of het ook iets voor mij zou kunnen zijn.

 

Mijn ervaring 

Hoewel ik bijna alle projecten leuk vind, heb ik nog niets uit het boek gemaakt. Het afgelopen jaar was mijn sewjo ver te zoeken. Ik merk dat ik langzaamaan weer zin heb om aan de slag te gaan, dus ik vermoed dat het niet lang zal duren, eer ik uit dit boek ook iets maak. Voor mij is het een ideaal boek om leuke quilt/naaicadeautjes uit te maken. De fotografie is uitnodigend, de gebruikte stoffen zijn fris en modern, waardoor ik niet hoef te bedenken hoe het er in mijn stoffen zou uit komt te zien. Van mijn eerder gebruikte patronen uit Love Patchwork & Quilting van Nicole Calver heb ik een collage gemaakt. De patronen van die maaksels vind je dus niet in dit boek, maar geeft je een aardig idee van de mogelijkheden om al die restjes in te verwerken en natuurlijk van haar stijl.

 

Playing with Patchwork & Sewing – Nicole Calver – ISBN 978-1-61745-837-8 – Engelstalig

Boek(en!) van het kwartaal: SLOW STITCHING

In 2021 staat het 1e kwartaal in het teken van Slow Stitching. Ik beken gelijk, niet mijn favoriete onderdeel van het hele scala aan patch- en/of quilttechnieken. Ik hou van een beetje opschieten en dus gebruik ik graag de machine. Natuurlijk doe ook ik wel eens iets met de hand, maar ik probeer  die langzame steken meestal tot een minimum te beperken. Sommige technieken kunnen echt alleen met de hand, en daar heb ik dan wel boeken over verzameld, want het is niet dat ik het niet mooi vind (het is ook niet zo dat ik iets mooi vind, OMDAT het met de hand is genaaid… maar dat is een heel andere discussie). Ik hou nog het meest van (grafisch) borduurwerk, en dat is vaak prima te combineren met patchwork.

Sashiko Handboek, Japanse quiltpatronen, projecten en inspiratie – Susan Briscoe

The Ultimate KOGIN Collection, Projects and patterns for counted sashiko embroidery – Susan Briscoe

Het Sashiko Handboek is een klassieker uit 2005 en ook in het Nederlands beschikbaar. Susan Briscoe gaf begin jaren ’90 Engelse les in Japan, waar ze in aanraking kwam met Sashiko. Ze bestudeert deze techniek en wordt een expert hierin. Vervolgens ontwerpt en schrijft ze voor handwerktijdschriften. Zij haalde in 2003 een expositie van historische en eigentijdse sashiko creaties naar het Festival of Quilts in Engeland.

Sashiko betekent in het Japans ‘steekje’, een rijgsteek om lapjes aan elkaar te naaien. Ontstaan vanuit noodzaak: versleten kleding werd van lapjes voorzien en kon weer gebruikt worden als warme kleding. Later werden de steekjes ook als verfraaiing toegepast. Sashiko is een verzamelnaam voor heel veel verschillende technieken en patronen. De link tussen quiltsteken en sashikosteken is natuurlijk snel gelegd: het aan elkaar naaien van meerdere lagen en de steken, die samen een patroon vormen.

Het KOGIN boek is van 2019 en zoomt in op deze specifieke sashikotechniek, maar ook Nanbu Hishizashi en Shõnai sashiko worden in dit boek beschreven. De technieken komen uit Tohoku, Noord Japan. Kogin en Nanbu zijn 2 vormen van aftelbaar borduren. 

Opbouw van de boeken

Beide boeken beginnen met een korte geschiedenis, waarin de herkomst van de techniek wordt besproken. Het Sashiko Handboek geeft wat meer achtergrondinformatie, omdat er meerdere vormen van Sashiko worden besproken. Mooie foto’s van historische kledingstukken maken duidelijk dat patronen en technieken regionaal of sociaal bepaald waren.

Vervolgens is het tijd om aan de slag te gaan. In Benodigdheden en Materialen vind je alles wat je nodig hebt. Foto’s van gereedschap, stof en garen begeleiden de tekst. De basistechnieken worden uitvoerig besproken; hoe begin je aan zo’n streng sashikogaren, welke naald is nou handig, waar begin je met de steken, enzovoort. Wat mij aanspreekt, is het antwoord op de vraag ‘hoe lang zou mijn draad moeten zijn?’… zo lang mogelijk! Vroeger werd ik voor een luie naaister uitgemaakt vanwege mijn gebruik van lange draden, maar nu weet ik dat het helemaal niet zo’n gek idee is….

Daarna kun je met beide boeken losgaan in verschillende projecten. Van simpel en klein naar ingewikkelder en groter, voor iedereen staat er wel iets in. Kaarten, onderzetters, kussens, knopen, tafelloper, tassen, etuis, allemaal met materiaallijst en maakinstructies. Het KOGIN boek is heel kleurrijk, in het Sashiko Handboek zie je eigenlijk alleen blauwe stoffen en wit garen, maar je kan natuurlijk elke gewenste kleur gebruiken, als je een patroon of project uitkiest.

Beide boeken hebben een uitgebreide steken- of patronenbibliotheek, voor als je iets wil ontwerpen, of een ander stekenpatroon wilt gebruiken op 1 van de beschreven projecten. Heel handig als je het meer van jezelf wil maken. 

Mijn ervaring 

Het Sashiko Handboek is al meerdere keren gebruikt voor patroonideeën, die stekenbibliotheek is dan echt handig. Voor mij is het ‘cherry picking’; iets kleins/leuks toevoegen aan iets wat ik gemaakt heb. Lekker het boek doorbladeren, plaatjes kijken en dan bedenken hoe het voor mij zou kunnen werken. Kogin heb ik nog niet geprobeerd, het boek heb ik nog niet zo lang, maar staat wel op de ‘wil-ik-proberen’- lijst. Als je trouwens niet gelijk vol in de techniek wilt, maar wel wat van de looks wilt toepassen in je werk, kijk dan eens in het “Wabi Sabi Sewing” boek van Karen Lewis (dat ik hier al eerder beschreef) of in diverse Zakka boeken, daar vind je een lossere toepassing van de sashikotechnieken.

 

 

 

Sashiko Handboek – Susan Briscoe – ISBN 978-90-483-1115-6 – 128 bladzijden – Nederlands

The Ultimate KOGIN Collection – Susan Briscoe – ISBN 978-1-4463-0732-8 – Engelstalig

Quiltboek bij het thema CURVES

geschreven door Inghelhoe

Het laatste kwartaal van het jaar heeft het thema Curves. Voor mij, altijd een uitdaging. Als ik mag kiezen, wordt het vaak iets zonder een bochtje. Hoewel ik de laatste jaren regelmatig een blokje of wat heb geoefend, voel ik me nog geen ‘confident curver’, maar een grote quilt met bochtjes zal er wel een keer van komen. Zeker met de ideeën uit het boek bij dit thema van het kwartaal, moet het gaan lukken.

Quilt Modern Curves & Bold Stripes – Heather Black and Daisy Aschehoug

Een uitgave van Stashbooks, softcover uit 2020, met 15 moderne projecten met bochten, cirkels en strepen voor iedereen, van beginner tot ervaren quilter. De twee schrijfsters ken je misschien al van Instagram of hun blog. Daisy en Heather hebben volgden elkaar op Instagram en leerden elkaar beter kennen toen het er op leek dat Daisy naar dezelfde staat als waar Heather woont, zou verhuizen. Het liep anders, want Daisy ging in Noorwegen wonen, maar het contact bleef. Het leidde tot dit gezamenlijk geschreven boek over Curves. Heather Black, @quiltachusetts en Daisy Aschehoug, @warmfolk hebben beiden prijzen gewonnen voor hun moderne quilts op shows, zoals bv. Quiltcon. Daisy schreef ook patronen voor quilttijdschriften, waaronder Love Patchwork and Quilting (hier eerder besproken) en Modern Quilts Unlimited. Heather heeft recent een eigen stofcollectie Sketchbook bij Paintbrush Studio Fabrics.

 

Opbouw van het boek

Omdat de patronen de nadruk leggen op Curves en Modern, begint het boek met de daarvoor benodigde basics. Een stukje over stoffen met veel effen/solids en hier en daar een printje. Dan het naaigerei wat beide dames gebruiken bij het naaien van bochtjes, gevolgd door een uitgebreide beschrijving met duidelijke instructiefoto’s van het snijden, naaien en strijken van zo’n bochtje. Hoe je aan de slag kunt met eigen, kartonnen mallen/templates, maar ook acrylic templates of linialen komen aan bod.

Als je daar mee aan de slag bent geweest, ben je klaar voor de projecten in het boek. Elk project heeft een kleine toelichting, waarin je leest over het ontwerp, eventueel de inspiratie, en hoe de stoffen en kleuren samen zorgen voor dynamiek en beweging in het ontwerp. Bij sommige quilts is een ‘short-cut’, want in plaats van zelf strepen te naaien, kun je ook gestreepte stof gebruiken.

Sommige quilts zijn opgebouwd in blokken, soms meerdere dezelfde blokken, soms hetzelfde blok maar telkens in een ander kleur. De benodigdheden staan vermeld, bij de stoffen staan ook de kleurspecificaties, wat handig is als je exact dezelfde quilt wil maken. Dat kan, want die solids zijn meestal niet collectie gebonden en dus langer beschikbaar.

Als je de stoffen bij elkaar hebt gezocht, kan je aan de slag. Het snijden van de stoffen krijgt veel aandacht en staat in overzichtelijke tabellen. De templates staan achter in het boek en kun je dus kopiëren. Daarna het maken van de blokken, soms wordt er sashing toegevoegd en het naaien van de top. Het maken van de quilt, dus basten, quilten en de binding, wordt niet toegelicht. In die zin is het boek misschien niet geschikt voor een echte beginner.

Bij de projecten vind je handige tips, die verwijzen naar de uitleg voorin het boek, of hoe je andere stoffen kunt gebruiken, soms ook met een foto, waardoor je een beter idee krijgt van de verschillende mogelijkheden.

Mijn ervaring

Voor mij is dit tot nu toe, vooral een kijk- en inspiratie boek. De fotografie laat de schoonheid van de quilts goed uitkomen. Beide dames hebben een goed oog voor kleur en kleurcombinaties. Ik vind de quilts erg mooi, maar door de jaren heen heb ik gemerkt dat wat ik heel mooi vind (grote blokken, veel negative space, beperkt kleur- of stofpalet), niet persé ook dat is wat ik graag wil maken (veel stoffen/printjes, scrappy). Volgens mij, hebben er al leden uit het boek genaaid, ik kan me herinneren dat ik plaatjes op Instagram heb gezien van een groepsquilt, met blokken uit het boek. Wat ik mooi vond, was dat iedereen zijn eigen stoffen gebruikte en dat het dus een scrappy versie werd.

Omdat deze projecten allemaal grote quilts (vanaf cribsize) betreffen, zijn de curves gemiddeld groter en dus makkelijker te maken dan bv. kleine 3” blokjes met een cirkel. Eén ding is zeker, deze projecten passen niet in een brievenbuspakje, zoals vermeld in onze swapregels, maar inspiratie kun je zeker halen in deze projecten. Misschien één enkel blok in een mini quilt of kussen óf een echte uitdaging: een blok verkleinen…

 

Quilt Modern Curves & Bold Stripes – Heather Black and Daisy Aschehoug – ISBN 978-1-61745-890-3 128 bladzijden – Engelstalig

Quiltboek van het thema Modern Traditional

geschreven door Inghelhoe

Bij het thema van dit kwartaal, Modern Traditional, heb ik een boek gekozen waarin traditionele technieken en blokken gebruikt worden voor de quiltpatronen. Het kleurgebruik en/of de grootte van de blokken geven de quilts de frisse, moderne, grafische uitstraling. Hoe ik aan dit boek kom? Het boek heb ik vorig jaar gekregen van @maggiemadebags. Voor haar maakte ik in een Europese Instagramswap in 2016 een boodschappentas met sterrenthema. Van het een kwam het ander, we hielden via Instagram contact, ik maakte voor haar een quilt in ruil (een zgn. private swap) voor een weekendtas die zij voor mij maakte, en in 2019 ontmoette ik haar in levende lijve en gaf ze me dit mooie boek.

Quilting from every Angle – Nancy Purvis

Een uitgave van Interweave, softcover uit 2015, waarin 16 geometrische patronen beschreven worden. Nancy Purvis is een creatieve quiltster met oog voor vorm en kleur.

Opbouw van het boek

In het boek ligt de focus op de 16 patronen. Eerst een korte introductie, waarin ze vertelt dat ze in 2012 kennismaakte met Modern Quilting, houdt van de minimalistische, geometrische look van moderne quilts, en vertelt dat ze een voorliefde voor de Half Square Triangle (HST) heeft. In het hoofdstuk Inspired Quilting wordt door middel van foto’s uitgelegd hoe Purvis van idee of inspiratie tot quiltpatroon komt, en hoe kleur en stoffen voor haar werken. Voor je aan de Projecten begint, is er nog een Piecing and Pressing-stukje. Purvis geeft zelf in de introductie al aan dat zij geen quilt/piecing expert is, voornamelijk autodidact, dus verwacht geen diepgravende techniek beschrijvingen. In het boek vind je bij de patronen soms een ‘My Method’, waarin ze uitlegt hoe zij bijvoorbeeld de HST’s maakt voor die quilt. 

De 16 ontwerpen, die beschreven worden in de Projects, krijgen alle aandacht in het boek. Elk project heeft een mooie foto van de quilt, een klein stukje over de ontwerpinspiratie, een lijst met de benodigde materialen en vervolgens het patroon met snij- en naaibeschrijving. Die beschrijvingen worden met heldere tekeningen en diagrammen verduidelijkt. Toepasselijk bij mijn Instagramverhaaltje, elke quilt heeft een eigen hashtag. De quilts variëren in grootte van mini tot bedquilt. 

Hoewel de meeste quilts geschikt zijn voor beginners tot gemiddeld, zijn er ook een paar uitdagingen voor de gevorderde quilter. Voor de één kan de uitdaging papier piecing zijn, voor de ander improv blocks, y-seams of curved piecing. In sommige ontwerpen herken je direct traditionele quiltblokken, zoals een Logcabin of Flying Geese. De Medallion Quilt is vanzelfsprekend traditioneel van opzet, maar ook hier maken stof- en kleurkeuze de quilt modern. Door deze variatie is het boek in mijn ogen geschikt voor elke quilter, die zich door de tijd ontwikkelt en daardoor over steeds meer vaardigheden beschikt.

Achterin het boek vind je de mallen/templates, die je voor enkele quilts of blokken nodig bent. Handig dat ze in het boek staan, maar ik vind het zelf handiger als ik die kan downloaden van een site, want een printer heb ik vaker tot mijn beschikking dan een kopieerapparaat.

Mijn ervaring 

Uit het boek heb ik nog geen enkel project gemaakt, maar dat komt vooral omdat ‘life happens’, en dan loopt het soms anders dan je denkt. De miniquilt Split Decision staat in ieder geval op mijn ‘wil-ik-maken-’lijst, net als Desert Blooms Medallion Quilt. Beide quilts kenmerken zich door een meer scrappy look. Iets wat mij aanspreekt als het op ‘wil-ik-maken’ aankomt. De meeste quilts hebben een prachtige, grafische look, wat ik heel mooi vind, maar als er weinig verschillende kleuren zijn of veel ‘negative space’, dan blijft het bij mij bij kijken en genieten van het plaatje.

Nog een tip: Wat ik meestal bij een boek doe, is ook even zoeken naar Errata, voor de zekerheid. En die zijn er voor dit boek, dus als je de ColorBlock Quilt wil maken, zoek die er eerst bij.

 

Quilting from every Angle – Nancy Purvis – ISBN 978-1-63250-086-1  – 160 bladzijden – Engelstalig

Quiltboek van de maand: thema kleur met een voorproefje modern traditionalism

geschreven door Inghelhoe

Deze maand een boek, dat al wat ouder is en een mooie overgang vormt van het thema KLEUR naar MODERN TRADITIONAL.  Een kleine zoektocht op internet geeft mij de indruk dat Fat Quarterly geen recente activiteiten meer heeft; de laatste tweet is van 2016. Maar goed, in de periode daarvoor was er een e-magazine genaamd Fat Quarterly door en voor de ‘modern sewists’. Ik heb 2 boeken van dit samenwerkingsverband, één over vorm, Shape workshop for Quilters,  en het boek voor deze  maand over kleur:

Quilt Colour Workshop – Fat Quarterly – Tacha Bruecher, Brioni Greenberg, Lynne Goldsworthy and John Adams

Een uitgave van D&C, softcover uit 2014, waarin de schrijvers de kleurenleer toelichten en een bijdrage leveren door hun interpretatie van blokken. Dat resulteert in mooie projecten, waar je zelf mee aan de slag kan, wat de term ‘Workshop’ in de titel al doet vermoeden.

Opbouw van het boek

Het boek begint na het voorstellen van de schrijvers, met uitleg over de kleurenleer aan de hand van het kleurenwiel. De termen primaire, secundaire en tertiaire kleuren worden besproken, waarna de verschillende combinaties een toelichting krijgen, zoals monochroom, analoog, complementair. Deze korte introductie sluit af met een Kleurenwielpatroon.  

De 6 hoofdstukken daarna zijn het hart van het boek. Per kleur worden 2 verschillende, vaak traditionele blokken gemaakt in die kleur, met toepassing van de kleurenleer. Het patroon van het blok heeft een snij- en naai-instructie op de linker pagina en de verschillende voorbeelden van dat blok staan op de rechter pagina. Mooie, aansprekende voorbeelden die je inspireren om zelf aan de slag te gaan. Elk kleurhoofdstuk heeft ook 2 patronen, een groot (bijv. bedquilt) en een klein project (bijv. tafelloper of tas), waarin de schrijvers laten zien hoe de kleur en theorie samen kunnen komen.  De patronen gaan vergezeld van mooie foto’s en duidelijke diagrammen. De meeste patronen zijn ‘scrappy’ uitgevoerd, wat mij enorm aanspreekt. De gebruikte blokken in de projecten zijn meestal wel bekende blokken, en in die zin dus traditioneel. De stof en het kleurgebruik maken deze traditionele blokken modern. 

Het boek sluit af met een toelichting op de gebruikte technieken en de mallen, die gebruikt worden in de beschreven projecten. Het boek gaat er vanuit dat je al enige kennis hebt van het quilten en over wat naaiervaring beschikt, want de verschillende technieken worden niet diepgaand besproken. Logisch, daar zijn andere boeken voor . Dit boek focust op kleurgebruik.

Mijn ervaring 

Ik heb een van de projecten uit het boek bijna letterlijk gemaakt. De Parquet Pillow, een patroon van Tacha Bruecher,  bestaat uit verschillende plusblokken, dus die moest ik wel maken. Ik heb dezelfde look, maar niet dezelfde constructie, want in het boek bestaat de plus uit meerdere, smalle strips, maar ik had te weinig stof voor al die extra naadjes. Ik gebruikte een pakketje met verschillende shot cottons en maakte er 3 kussens van, waarbij ik de kleuren ‘analoog’ in 1 kussen gebruikte. De duidelijke diagrammen en beschrijvingen maakten het voor mij eenvoudig om het patroon aan te passen.

In het boek staat ook de ‘Calm before the storm’ Quilt van Lynne Goldsworthy, een monochrome, scrappy rood/wit quilt, die al een hele tijd op mijn ‘wil-ik-maken’-lijstje staat.  

Quilt Colour Workshop – Fat Quarterly – ISBN 978-1-4463-0375-7  – 128 bladzijden – Engelstalig

Quiltboek van de maand: thema kleur

geschreven door Inghelhoe

Het 2e kwartaal heeft het thema KLEUR. Vorig jaar kocht ik dit boek van Rachel Hauser, die ook lid is van ons DutchMQG. Ik heb haar ontmoet in de winkel van Margreet Otto in Woerden, waar Rachel een ‘booksigning’ deed. Ze had verschillende quilts meegenomen: een lust voor het oog!

The Quilter’s FIELD GUIDE TO COLOR, a Hands-On Workbook for Mastering Fabric Selection – Rachel Hauser

Het is een hardcover boek uitgegeven door Lucky Spool, één van mijn favoriete uitgeverijen. Deze uitgeverij besteedt altijd veel aandacht aan de opmaak. Het zijn mooi verzorgde boeken, die zowel leerzaam, als inspirerend zijn. De foto’s op de kaft met een regenboog van quiltstoffen laat geen twijfel, dit boek gaat over kleur. Achterin vind je een envelop. Daar kun je de swatches/kleurkaartjes van de Color Swatch Library in doen, als je die uit het boek hebt gehaald en allemaal hebt gesneden/geknipt. Achterop lees je ook dat je dat als eerste moet doen, daarna kun je aan de slag met het boek.

Opbouw van het boek

Het boek start met een introductie van de schrijfster. Rachel heeft de Mode Academie gedaan en daarna (zwangerschaps)kleding ontworpen en verkocht in een boetiek, die ze met haar moeder had. Ze houdt van verschillende kleurverhalen, of het nu pastel of fel, dromerig of schreeuwerig is. Rachel houdt van kleur in elke vorm.

Daarna volgt de handleiding: hoe gebruik je dit boek. Rachel is ervan overtuigd dat we visueel leren als het kleur betreft. Ze daagt de lezer dus uit: knip die ingevoegde kleurkaart in stukjes, zodat je de verschillende kleuren bij elkaar kan leggen. Dan zie je wat de ene kleur met de andere kleur doet. Om dat dan vervolgens met stof te doen, door het Bear Paw Block te maken in de kleuren, die je uitgekozen hebt. De patroonbeschrijving van het blok is helder met foto’s en duidelijke tekeningen. 

En dan begint het echte kleurwerk in het Color Workbook. In de hoofdstukken Understanding Color, Color Theory, Exploring Neutrals , Finding Your Way en Working in Cloth leer je onder andere over kleurtemperatuur (warme en koele kleuren), over wat kleuren voor emoties oproepen, hoe je een verhaal met kleur kunt vertellen, hoe je een stash/voorraad opbouwt. En dat leer je door de experimenten of opdrachten te doen, die Rachel heeft bedacht bij de thema’s. Natuurlijk gebruik je daar de kleurkaartjes voor. 

Het boek sluit af met het maken van een quilttop. Hierbij heb je keuze, met of zonder sashing, de Bear Paw los of in een blok van 4. Elke keuze geeft een ander beeld, een andere sfeer en vraagt misschien ook wel om een andere manier van quilten. De voorbeelden op de foto’s geven genoeg inspiratie. 

Het boek sluit af met The Color Catalog, waarin je per kleur verschillende kleurverhalen ziet, samengevat in 1 woord, dat de sfeer van die combinatie goed weergeeft. Als voorbeeld roze, waar de Color Catalog mee start: thema Bloom/bloesem, onderverdeeld in Tulp-Roos-Viooltje. De drie subthema’s krijgen vorm in twaalf stofstalen: voor Tulp in babyroze en mokka, sprankelend fel roze en zilver(grijs) voor Roos en cerise en zonnegeel voor Viooltje. Alle kleuren komen op die manier aan bod en vormen zo een mooie kleur catalogus. 

Mijn ervaring 

Wat ik erg mooi vind, is dat allerlei verschillende stoffen als voorbeeld worden gebruikt. In sommige boeken zie je terug welke producent de stoffen heeft geleverd of uit welke periode de stoffen komen, hier is dat anders. Rachel gebruikt allerlei stoffen, recent verschenen en ouder liggen door elkaar. Dat maakt dat het boek mij aanspreekt, want ik (en de meesten van ons, denk ik) heb ook zo’n stash. Ik heb nog geen Bear Paw Block gemaakt, maar probeer met mijn quilt-as-you-go-etuitjes steeds nieuwe kleurcombinaties uit, mede geïnspireerd door dit boek.

The Quilter’s FIELD GUIDE TO COLOR – Rachel Hauser – ISBN 978-1-940655-36-9  – 144 bladzijden – Engelstalig

Quiltboek van de maand: februari

geschreven door Inghelhoe

Dit kwartaal heeft het thema IMPROV, dus tijd voor een IMPROV boek. Tijdens de #DutchMQGgettogether in Arnhem is een aantal leden al aan de slag gegaan met dit thema (een verslag volgt snel). Onlangs bracht Erica dit boek onder mijn aandacht. Het is improv op een andere manier dan Inspiring Improv van Nicholas Ball of Quilt Improv van Lucie Summers die ik al eerder besprak. 

Create your own IMPROV QUILTS – Rayna Gillman 

Een softcover boek met een mooie improv quilt op de voorkant maakt nieuwsgierig. De quilt heeft veel effen (solids) stoffen, gecombineerd met een aantal grafische prints. De ondertitel ‘modern quilting with no rules & no rulers’ maakt duidelijk welke kant het opgaat. Bij het snel doorbladeren valt mijn oog op een quilt van ons lid Svetlana, in het hoofdstuk Modern Design and Fabrics.

Opbouw van het boek

Eerst is er een kort stukje van de schrijfster, waarin ze zich voorstelt. Ze quilt al sinds 1974 en eind jaren 90 van de vorige eeuw viel ze voor ‘improvisational piecing’ en sinds 1996 gebruikt ze geen patronen en linialen meer. Hierna volgt een soort leeswijzer over hoe je dit boek kunt gebruiken. Ze ziet het zelf als een beginpunt voor het maken van originele quilts met een moderne uitstraling. En of die moderne uitstraling nu komt door de gebruikte stoffen (solids of moderne prints), of de ‘negative space’, of traditionele quiltblokken op een andere manier, alles kan wat haar betreft. Het boek geeft geen kant-en-klare patronen, maar mogelijkheden om met stof aan de slag te gaan. Vormen maken, kleuren combineren, de schaal veranderen en dan kijken op de ‘design wall’ of het voor jou werkt. De schrijfster moedigt je aan om klein te beginnen en het eens op te hangen (geen gebruiksquilt dus, maar als kunst aan de muur). Een bedquilt kan natuurlijk prima gebaseerd zijn op zo’n kleine quilt. Een andere belangrijke regel: niets is fout. Als je het niet mooi vindt, pas je het aan, mes er in of iets toevoegen, net zo lang tot het naar je zin is.

De volgende hoofdstukken leggen uit hoe je stap-voor-stap komt tot improv quilting. Via lijnen naar driehoeken, naar stripsets en stringblokken. Duidelijke foto’s van het proces nemen je mee en nodigen uit om ook kleuren te combineren en te kijken wat er gebeurt. Zelfs foundation paper piecing komt aanbod; voor mij een eyeopener! Als er iets precisie en controle is, dan is dat voor mij toch echt paperpiecen, maar het kan dus heel anders. Eén van de hoofdstukken besteedt aandacht aan het transformeren of hergebruiken van al eerder gemaakte blokken, die ongebruikt in de kast liggen (de zogenaamde weesblokken). Dat sluit mooi aan bij het initiatief van Emmely, die leden uitdaagt om van een weesblok van een ander lid, iets moois te maken, door het blok te versnijden of stoffen toe te voegen. Rayna Gillman laat uitgebreid zien waar zij door geïnspireerd raakt en wie haar inspireert. Hoe ze  beelden naar stoffen en blokken vertaalt, legt ze aan de hand van mooie foto’s uit. 

Mijn ervaring 

Ik heb het boek recent gekregen, ben er nog niet mee aan de slag gegaan, maar denk dat dat niet meer lang op zich zal laten wachten. Ik moet maar eens over de hobbel heen en mijn liniaal laten liggen. Dat is voor mij de grootste uitdaging, ik hou niet zo van wiebelige of kromme lijnen… De foto’s van de #DutchMQGgettogether laten zo veel verschillende manieren zien van improv en interpretatie… heel inspirerend! Zoals de schrijfster aangeeft, het is een kwestie van beginnen…doen…

Create your own improv quilts – Rayna Gillman  – ISBN 978-1-61745-444-8 – 96 bladzijden – Engelstalig

 

P.s. Hebben jullie de improv triangle sew-along van Nicolas Ball  (@quiltsfromtheattic)al gezien op instagram? Gebaseerd op zijn boek, maar met duidelijke instructies in zijn stories op instagram dus je hoeft het niet te hebben. Er zijn al een paar leden fanatiek mee aan de slag: 

 

Quiltboek van de maand: november

geschreven door Inghelhoe

Deze maand het recent verschenen boek van quilter Thomas Knauer. Eerder heb ik al eens een boek van hem besproken: Modern Quilt Perspectives. Dat boek sprak mij aan omdat achter elke quilt een verhaal, persoonlijk of politiek, zit, zonder dat het ontwerp van de quilt je direct op dat spoor zet. Dit nieuwe boek Why We Quilt is geen patronen- of techniekboek, maar meer een geschiedenisboek met een mooi overzicht van het huidige moderne quilten.


Why we quilt – Thomas Knauer
Het mooie hardcoverboek Why We Quilt heeft een prachtige voorkant met die-cut, waardoor je meteen aan een mooi quiltpatroon denkt. De openingen maken je nieuwsgierig naar de binnenkant. Voor de ongeduldigen onder ons, op de achterkant vind je meteen de antwoorden op de titelvraag: verbind – ontdek – creëer – protest – zelfexpressie – ‘verander de wereld’.

Opbouw van het boek
Op de binnenkant van de cover vind je de vraag waarmee het boek voor Thomas Knauer begon: Waarom quilten er nog altijd mensen in deze tijd? Het is immers een weinig praktische bezigheid in een tijd waarin je tv on demand hebt, je bestellingen op dezelfde dag nog thuis kunnen worden afgeleverd en fabrieksmatig bijna alles wordt geproduceerd. Quilts zijn al een poos geen noodzakelijk goed om te bezitten of warm te blijven. Toch worden quilts nog steeds gemaakt.

De antwoorden op die vraag zijn de hoofdstukken van het boek. Knauer heeft 40 hedendaagse quilters geïnterviewd en gevraagd naar hun motieven om te quilten. Die redenen zijn in gedeeld in 6 thema’s, de 6 hoofdstukken.

Elk hoofdstuk begint met een historisch perspectief op het thema. In hoofdstuk 1 over Verbinding beschrijft hij de oorsprong van het Amerikaanse quilten. Daarna volgen de verhalen met mooie quiltfoto’s van hedendaagse quilters. Zij vertellen over hun inspiratiebronnen, verwijzen naar voor hen belangrijke momenten in hun quiltgeschiedenis, opleiding of familietradities. Een beetje zoals in het boek Quilting with a Modern Slant, dat ik ook eerder besprak. Maar dit boek is uitgebreider, gaat dieper in op de drijfveren.

Elk hoofdstuk sluit af met Voices of Quilting: 2 quilters, wiens werk Knauer aanspreekt of fascineert. Na een korte inlichting van Knauer op de quilter, komt het verhaal van die quilter met foto’s van hun werk. De quiltfoto’s zijn van zowel traditionele als moderne quilts. Verwacht in dit boek geen praktische uitleg over allerlei snij-, naai of doorstiktechnieken, de quilts worden besproken in hun historische context.

Mijn ervaring
Ik heb het boek nog niet zolang en heb het ook nog niet helemaal gelezen. Quilting with a Modern Slant had ik in 2 avondjes op de bank uit, zoals je lekker door columns kunt grasduinen. Dit boek geeft veel meer achtergrond en context in elk verhaal. Ik heb geen historische of traditionele quiltachtergrond, dus alle verhalen daarover zijn voor mij nieuw. Er staan veel inspirerende quilts is. Sommige quilters volg ik aan een poosje op Instagram of ik ken hun blog, sommigen zijn voor mij nieuw, maar het boek sluit af met een mooie lijst persoonlijke websites van de geïnterviewden. Een aantal quilts staat ook op de site van het MQG.

Ik verwacht dat ik dit boek steeds weer zal pakken om geïnspireerd te worden, of om nog eens terug te lezen over een quiltverhaal. Natuurlijk vraag je je tijdens het lezen af in welke categorie val ikzelf nou…. Ik ben benieuwd wat quilten jullie brengt, dus: Waarom maken jullie quilts?

Why we quilt – Thomas Knauer – ISBN 978-1-63586-033-7 – 212 bladzijden – Engelstalig