Een DutchMQG-lid stelt zich voor: Anna
Hai, mijn naam is Anna, ik ben 48 jaar en werk zelfstandig als stedenbouwkundige en als beeldend kunstenaar. Vorig jaar ben ik lid geworden van het Dutch Modern Quilt Gilde en kort daarna heb mijn eerste quilt ooit gemaakt.
Ik ben er wat doldriest ingedoken, in het quilten. Niet gehinderd door praktijkervaring en ook nog nooit een quilt in het echt gezien. Maar wat kon er fout gaan? “Het is maar stof.” Stof kende ik van het kleren naaien dat ik al wat langer doe. Vooral nette, strakke bloezen van geweven katoen waarin je toch de ramen kan lappen, door slim patroon-ontwerp.
Schaar, naaimachine, filmpje op youtube. Improv quilt, here I come!
Mijn eerste quilt
Hij bestaat uit twee delen, eentje met vrije vormen en eentje met strips (geknipt en genaaid uit de losse pols). Het geheel is doorgequilt met de hand. De tussenlaag is een heet gewassen wollen deken van vroeger. Ik deed maar wat me logisch leek en wat ik leuk vond.
Wat was dit leuk om te doen! De kleuren, de materialen, de verschillende fases. En dat de quilt goed te gebruiken is vind ik ook belangrijk. Zo kwam ik ook bij de DutchMQG terecht. Op de voorpagina van de site wordt uitgelegd wat modern quilten is. Vrijheid van toegepaste technieken maar wel een functioneel eindresultaat, dit is wat me aansprak.
Dankzij ons gilde en de vele plaatjes op Pinterest en op blogs leerde ik de termen kennen die horen bij die eerste quilt van mij: Improv Big Stitch Colour Block Quilt.
Ik vond ook namen van moderne quilters die me inspireren: Gwen Marston, de Gee’s Bend quilters, Maria Shell, Jean Wells.
Lucy Mingo of Gee’s Bend, Alabama:

Op les
Het online samenkomen van het DutchMQG (op de site en op instagram) vond ik leuk. Ik ben ook bij een paar bijeenkomsten in het land geweest en dat was nog leuker. Het ontmoeten van andere quilters in het echt en over elkaars werk kunnen buigen heeft een ongekende meerwaarde.
Daarom ben ik sinds begin 2020 lid van de (traditionele) quiltbee in mijn woonplaats. Het is een tweewekelijkse bijeenkomst van een twintigtal veelal bejaarde vrouwen en het is een heerlijk kippenhok! Tijdens de bee werkt iedereen aan een klein handwerkje want meer ruimte is er niet. We kletsen en er is een Show-and-Tell en ik leer honderduit.
Deze bee staat open voor moderne quilts en ze waren enthousiast over mijn beginnersding. Ze keken over de fouten heen en waren vol lof over de nieuwerwetse dingen zoals de improvisatie en de handgesponnen zijde waarmee ik zo grof had doorgequilt. Hun eigen quilts zijn ook meestens met frisse kleuren en moderne stoffen, dus ik durf wel te stellen dat deze bee modern van geest is.
Dat is een verschil met de bee van een winkel in Den Bosch, die ik in 2019 een paar keer heb bezocht. Daar had ik ook de stoffen gekocht voor mijn eerste quilt en één van de eigenaren kon wel mee met mijn ongewone plannen. Maar toen ik de bee bezocht vonden de vaste bezoekers mijn improv blokken maar rare “art quilts” en zagen ze mijn big stitch doorpitten als slordig beginnerswerk. Het is nogal ontmoedigend als er geen positief woord is voor je werk. Maar ik zeg erbij dat dit voor traditionele quilters wel een leuke bee is, met veel sociaal contact en veel quilt-alongs.
Mijn huidige “blije kippen”-bee is meer openminded en ik ga er graag heen. In maart startte er een beginnerscursus en daar heb ik me voor opgegeven. Ik weet niet precies waarom, want ik wilde helemaal geen patchwork met de hand leren, want dat is veel te langzaam. Ook ben ik niet geïnteresseerd in patronen voor traditionele quiltblokken (ik vertel je verderop waarom). Maar het leek me leuk om wat meer mensen te leren kennen hier in het dorp en dan vooral quilters. En dan had ik voortaan ook een klein handwerkje om mee te nemen naar de bee. Dus opgegeven en met 5 andere cursisten de eerste les gehad in een toffe huiskamerquiltstudio met twee docenten.
Jackpot! Hoofdprijs! We hebben nu twee lessen gehad en ik vind patchwork met de hand heerlijk!
Het is zo zen om te doen. De voldoening van iets technisch precies uitvoeren is zo groot. En niet het lawaai van de naaimachine hebben is zo fijn.
In de eerste les hebben we de “rocking motion” met de quiltnaald geleerd en dat was een cadeautje. Ook kan ik nu stofpuntjes precies op elkaar naaien en dat voelt als net zo’n triomf als toen ik met breien voor het eerst een hiel in een sok maakte, in 2009.
Hier is mijn eerste handgenaaide blok ooit, 12 bij 12 inch:

Ik heb bewust voor een rustig kleurenpalet gekozen, zodat ik straks meerdere blokken kan combineren voor een tas.
In de tweede les kregen we English Paper Piecing. Daarover ben ik minder enthousiast… Dat extra papier knippen en dan eerst rijgen en dan pas naaien, dat voelt als extra handelingen voordat we eindelijk aan de slag gaan. De naaisteek die we vervolgens gebruiken om de delen aan elkaar te zetten ken ik uit het kleren naaien: zomen, ritsen, voeringen. Het is niet mijn lievelingssteek…
Het vele rijgen bij EPP verving ik al snel door tijdelijk vastlijmen met kinderlijm.
Maar de naaisteek kan ik helaas niet vervangen door mijn net geleerde quiltsteek. Nee, ik denk niet dat ik EPP veel vaker zal doen.
We wachten nu op les 3 (Log Cabin block). Daarna komt nog glas-in-lood-les en applicatie en … nog een techniek, maar ik weet even niet welke. De lessen zijn nu uitgesteld tot nader orde maar we houden contact via WhatsApp.
Het traditioneel met de hand quilten vind ik dus erg leuk! Ik heb al zelf een nieuw paneel opgezet, als voorpand van nog een tas:

Nu zal ik je vertellen waarom ik traditionele quiltblokken niet leuk vind. Het heeft te maken met wiskunde, de voetbal en Marokkaanse tegelvloeren
In de jaren ’90 studeerde ik Bouwkunde in Delft. Ik zat in één van de eerste lichtingen studenten waar een aanzienlijk deel vrouwen was. Want “een slimme meid is op haar toekomst voorbereid.” Nog steeds was er maar 10% van de studenten die vrouw was, maar dat was al schrikbarend veel voor een mannenbolwerk als Delft.
In mijn eerste jaar hadden de professoren een speciaal soort wiskunde bedacht voor meisjes. Want zoals je weet hebben vrouwen borsten en die maken het onmogelijk voor ze om gewone wiskunde te begrijpen…🙄 Voor meisjes moest wiskunde leuker worden gemaakt, meer visueel vriendelijk en ook meer praktisch toepasbaar.
Wat kan ik zeggen? In de 20e eeuw was je geen persoon, je was “een vrouw”. Het was de tijd dat Madonna nog aanstoot gaf, omdat ze zich niet hield aan één definitie van “vrouw”. Films en TV-series hadden vrouwen maar in twee rollen: gillend slachtoffer of femme fatale met een sigaret tussen de vingers. Mannen (dokters, filmmakers, professoren) vertelden je wat het beste is voor je. Ze stonden er niet eens bij stil dat ze dit deden.
Lang verhaal kort, de professors hadden een vrouwvriendelijke wiskunde bedacht en het gevolg is dat ik een paar jaar lang heb gerekend aan de veelvlakken in de voetbal en in Marokkaanse tegelvloeren:
Een voetbal bestaat uit zeshoeken en vijfhoeken. In de Marokkaanse tegel zie ik alle Amerikaanse quilt blokken terug.
Inmiddels ben ik over die tijd heen en ik heb dan ook geen hekel aan veelvlakken en aan combinaties ervan in ontwerpen. Maar toentertijd heb ik er zoveel gezien dat ze nu geen fascinatie meer hebben voor me. Ook het ontwerpen met veelvlakken boeit me niet meer.
Het repeteren van vormen en uit kleine onderdelen een groter geheel maken leidt tot interessante patronen die door de schalen heenspringen. Het is een ontwerpvaardigheid die ik regelmatig zie bij moderne quilts. Het eindresultaat is van te voren uitgedacht of wordt al improviserend bereikt. Het is een ontwerpvaardigheid die ontzettend leuk is om te leren en uit te voeren. Een blok draaien, spiegelen, opschalen en herhalen leidt tot prachtige quilts die vaak aan Moderne Kunst doen denken. Ik vind het leuk om naar te kijken maar ik wil het zelf niet maken.
Dat gezegd hebbende…. ik vond dit plaatje op de Wikipedia om een modern blok te laten zien bij dit stukje:
Ik dacht, kom, “even” wat spiegelen en schalen, even wat spelen in Photoshop. Want het is toch wel erg leuk om te doen, en om te zien hoe er een groter geheel ontstaat waar duidelijk samenhang in zit maar waar het patroon niet makkelijk te herkennen is:
Hmm? Misschien dat ik dit toch wel heel leuk vind, als quilt. Het is vrij, maar wel met regelmaat. De blokken zijn duidelijk familie van elkaar,maar er is geen herhaling.
En dankzij de cursus beheers ik nu de techniek dat ik de puntjes precies op elkaar zou kunnen naaien…
Wie weet! Misschien ga ik deze quilt wel maken. Maar ik heb ook nog een “de kleuren van roodkapje”-medaillion-improv-quilt half af. En een Quilt-As-You-Go in winterkleuren van zijde en linnen met verschillende half doorzichtige toplagen over elkaar. En dus dat handpaneel voor een tas.
Ik heb geen idee wat voor moderne quilt ik nu ga maken. Ik laat het maar naar me toewaaien en reageer intuïtief. Ik doe maar wat en ik vind het heerlijk en zolang er iets functioneels uitkomt ben ik blij.